Clubweekend 2000 Maldegem

"Gadverpielekes d’as pas lekker" had het al heel wat keertjes geklonken in de aanloop naar het clubweekend. Ook op TV was de DAS-reclame weer regelmatig te zien geweest, dus iedereen keek er weer naar uit vrijdag 28 april. Helaas voelden Marco Wilschut en Jan van Loon zich niet gadverpielekes lekker, wat Marco deed besluiten om thuis te blijven en Jan om op de fiets uit te zieken. Slechts 18 deelnemers vertrokken dus voor ons jaarlijkse clubweekend. Blijkbaar was het dus voor veel vaste deelnemers dit jaar een erg ongunstige datum. Ondanks het ontbreken van de penningmeester hadden we toch de man van 6 miljoen in onze gelederen in de persoon van Willy van Toren met zijn splinternieuwe gebit en Jan Buijk voelde zich weer even penningmeester, want hij had de portemonnee meegekregen van het bestuur.

Na de koffie en thee bij Huis ten Halve ging het in snelle vaart naar Perkpolder, want Cees van Sluijs had berekend dat de 50 km daar naar toe in 1 uur afgelegd moest worden. Dit bleek gelukkig 2 uur te moeten zijn, zodat we ruim op tijd bij de pont arriveerden. Na de pont gaven Jan en Willy met tegenzin het voorrijden over aan Cees en Alfons. Dit hadden we nog niet echt meegemaakt, zodat Cees besloot dat er een begin gemaakt moest worden met een nieuwe kroniek: "De teloorgang van Jan Buijk als toerfietser deel 1, 2 en 3". Rijdend richting Maldegem kreeg Ad Rens zijn eerste lekke band (er zouden er nog 2 van hem volgen) in Turkeye. Erg origineel in het verzinnen van plaatsnamen zijn ze in Zeeuws-Vlaanderen trouwens niet, want we kwamen ook nog in Driewegen en Middelburg.

Bij de koffie in café De Tol kregen we ongevraagd een demonstratie fitness van een 68-jarige, die varieerde van tae-bo tot taekwondo, waarbij Willy ook nog even in een dubbele Nelson werd genomen. Genoeg reden voor de café-bazin om te besluiten hem en zijn maat geen bier meer te schenken. Toen de rust was weergekeerd kregen Jan, Cees en Pierre plotseling de slappe lach. Ik dacht eerst dat het van de zenuwen was, maar kwam er bij het wegrijden achter dat het was omdat ze de hele tijd mijn helm als vuilnisbak hadden gebruikt, terwijl ik er nietsvermoedend naar zat te kijken.

Richting Maldegem werden we nog getrakteerd op enkele kasseienstroken, waarbij we er onderling niet uitkwamen of het nou goede kasseistroken waren die er slecht bij lagen of dat het slechte kasseistroken waren die er goed bij lagen. Willem was bang dat zijn fiets er niet goed tegen kon, maar het merendeel van ons dacht dat zijn fiets er wel tegen kon, maar Willem zelf niet! Iets na vieren bereikten we de jeugdherberg, zodat we nog even op de eigenaar moesten wachten. Rond half vijf konden we ons installeren in onze kamers: mooie nieuwe 2- en 4-persoonsappartementen, wat een luxe. Nadat we ons gewassen en omgekleed hadden werd er in de recreatiezaal een aperitiefje gedronken. Daar kregen we van Jos nog ongevraagd uitleg over hoe je de Mont Ventoux op moet fietsen en hoe je daarvoor moet trainen. Mooi verhaal, maar we waren meer geïnteresseerd in de warme maaltijd die volgde.

De avond werd zoals gewoonlijk afgesloten in een passende gelegenheid. Dit jaar viel onze keus op café Maison waar volgens de menukaart uitbaatster Catherine de Waele de scepter zwaaide. (Café De Zottekop, waar volgens de reclame Jean de Nooyer nu al jaren baas is, bleek niet te bestaan.) Dat Catherine over sommige zaken een duidelijke eigen mening had liet ze soms merken ook, want toen Jan Buijk trappist met grenadine bestelde probeerde ze hem eerst op andere gedachten te brengen. Volgens haar verkrachtte de grenadine de biersmaak. Natuurlijk liet kastelein Jan zich daardoor niet op andere gedachten brengen, maar bij het uitserveren van zijn glas werd het hem nog wel even fijntjes ingewreven…

Jan van Loon componeerde met luide stem die avond nog enkele liederen op Catherine en vroeg en passant ook nog even aan Cees of hij een hazenlip had. Kortom het was gezellig en na een afsluitend bezoek aan een echte Belgische frietkraam konden we ons voldaan te rusten leggen.

Voor de tweede dag was een koppeling gemaakt tussen de Kastelenroute en de Wijnendaleroute. In de aanloop naar de Kastelenroute was er wat verwarring over het aantal kastelen. Sommigen hadden er al 7 gezien, terwijl anderen nog op zoek waren naar het eerste kasteel. Volgens de organisatie wees dit op een gebrek aan cultuur bij sommige leden. Opvallend was wel dat toen we de officiële bordjes van de Kastelenroute bereikten er prompt over een afstand van 20 km geen kasteel meer te bespeuren viel. Ook verderop bleek vaak dat de meeste kastelen te vinden waren door van de route af te wijken. De tekst op de bordjes kan dus misschien beter gewijzigd worden in "geen kastelenroute". In restaurant Wijnendale Station excuseerde de eigenaar zich voor het feit dat hij geen appelgebak gehaald had en vroeg of het goed was dat we pannenkoeken kregen. Daarop kreeg iedereen een heerlijke appelflap (wij begrepen het ook niet!). Enkele liefhebbers van de Belgische comedyserie De Kampioenen bestelden nog een Boma-worst en een dagschotel. De dagschotels hadden ze wel, de Boma-worst niet. Jan van Loon hield zich erg rustig, want net als vorig jaar hadden zijn inspanningen op de eerste avond er voor gezorgd dat hij zijn stem kwijt was.

’s Morgens bij het ontbijt had een ruime meerderheid voor rijst met kip en kerrie gekozen (17 stemmen voor en 10 stemmen van Henk tegen) en dat ging er in als koek. Als toetje werden we er door de jeugdherbergvader op gewezen dat er een luchtballon opgelaten werd op het sportveld van de jeugdherberg. Een prachtig schouwspel om eens mee te maken. Je staat er van versteld hoe groot zo’n ballon is (27 m) en hoe snel hij klaar is voor vertrek. Het 6-persoons mandje zat helaas al vol, want ik had best zo’n luchtdoop mee willen maken. Noodgedwongen werd het daarom toch maar weer een bezoek aan café Maison. Na de drukte van de vorige avond, toen ze de hele avond iedereen alleen moest bedienen, had Catherine nu 5 (!) personeelsleden aangesteld om iedereen van eten en drinken te kunnen voorzien. Die kwamen niet alleen voor ons, want die avond stond ook nog een live-optreden van "Two drunken cowboys and the stoned horse" op het programma. Het café liep dan ook aardig vol en Toine kon genieten van meer dan één vertolking van Neil Young. Niet helemaal duidelijk was, wie van het drietal nu het stenen paard was, maar er werd enthousiast gespeeld. Dat werd gewaardeerd, want toen de helft van de AKN-ers na het verplichte bezoek aan de frietkraam weer voorbij het café kwam ging men toch maar weer naar binnen in plaats van naar bed. Iets later dan de eerste dag viel menigeen dan ook op bed.

Helaas was het de derde dag aan het regenen toen we moesten vertrekken. Met de regenjasjes aan gingen we via een mooie omweg langs Damme naar Breskens, waarbij de voorrijders onderweg regelmatig opgeschrikt werden door de gezongen roep "Mondharmonica" van Jos Dierks, die blijkbaar een hommage meende te moeten brengen aan Toon Hermans. Na de pont konden de regenjasjes definitief uitblijven en met de speciaal daarvoor ingehuurde gids (tenminste dat beweerden Willy en Jan) op kop werden we vakkundig naar het station van Middelburg geleid. Vandaar kwam zelfs voorzichtig een Oranjezonnetje tevoorschijn. Dat lokte niet alleen fietsers, maar ook een file van enkele kilometers met Belgische duikers aan de Oosterscheldedijk naar Wemeldinge. Het laatste bakje koffie met een stukje appeltaart van dit clubweekend werd daar naar binnen gewerkt en om omstreeks 16:00 uur arriveerde iedereen voldaan bij het clublokaal Huis ten Halve in Roosendaal.

Jan en Willy en de chauffeur van de volgauto Anton Mali hadden het hem weer gelapt: een prima clubweekend kunnen ze weer op hun naam bijschrijven. Mannen: bedankt!